Tussen 15 en 18 maanden maken kinderen de overstap van 2 naar 1 slaapje. Jongere kinderen hebben vaak echt nog wel 2 slaapjes nodig en dat houdt in dat zij een ochtenddutje en middagslaapje doen. Het ochtenddutje zullen de kindjes laten vallen als ze de overstap maken naar 1 slaapje. Maar hoe merk je nou dat jouw kindje toe is aan slechts 1 slaapje overdag? En hoe pak je dit aan? Daar vertellen we je meer over in dit blog.
Kenmerken dat jouw kindje toe is aan 1 dutje
- Jouw kindje weigert het middagdutje. Doordat je kindje al uitgerust genoeg is en niet genoeg wakkertijd meer heeft gekregen voor het tweede dutje, zal je kindje heel moeizaam in slaap vallen voor het middagdutje of deze volledig weigeren. Als je kindje het middagdutje nog té laat doet, zal je op een later moment op de dag weer in de knoei komen met het slapen.
- Je kindje is tussen 15 en 18 maanden. Het is belangrijk om goed op te letten dat je de overstap niet te vroeg maakt. Probeer een huidig ritme zeker nog twee weken aan te houden voordat je iets veranderd. Het kan namelijk zo zijn dat je kindje net even in een lastige periode zit.
- Jouw kindje valt ‘s avonds moeilijk in slaap of wordt ‘s ochtends vroeg wakker. Zodra een kindje wakker is, bouwt een kindje een slaapschuld op. Wanneer een kindje slaapt, wordt de slaapschuld weer afgebouwd. Het is dus altijd zoeken naar de juiste balans in wakkertijd en slaap, zodat de slaapschuld voldoende is, maar er niet een te grote slaapschuld is. Als jouw kindje overdag teveel slaapt, kan het voorkomen dat er niet voldoende slaapschuld is en je kindje dus moeite heeft met slapen op een ander moment.
Hoe pak je de overgang van de dutjes aan?
Het kan zijn dat jouw kindje de ene dag nog wel twee dutjes nodig heeft en dat de andere dag één dutje genoeg is. Dit is vaak afhankelijk van hoe de dag is verlopen. Na een drukke dag, hebben veel kindjes de volgende dag iets meer slaap nodig. Ook bij drukke omgevingen of andere prikkels, is een extra dutje vaak fijn. Bij rustige dagen kan het juist zijn dat één dutje genoeg is. Bekijk dit per dag en beslis voor 10:00 uur of je die dag een of twee dutjes gaat aanbieden.
Vervroeg het middagdutje op het moment dat je kindje nog maar een dutje doet. Je kunt deze om 11:30 uur aanbieden en dit langzaam verschuiven naar 12:30 uur. Dit gaat gepaard met het vervroegen van de bedtijd. Wees niet bang om je kindje vroeg (na 18:00 uur) op bed te leggen. Leg je je kindje te laat op bed, kan dit oververmoeidheid in de hand werken.
Houd je kindje ook actief bezig tussen de slaapjes. Het is soms ook even wennen om in het goede ritme te komen en het vol te kunnen houden. Op het moment dat twee dutjes net te veel zijn, is het goed om je kindje wakker te houden door bijvoorbeeld samen een rustig spelletje te gaan doen of juist even te gaan wandelen (als je kindje dan niet in slaap valt ;)).
Deze fase duurt vaak een paar weekjes, maar daarna zal je merken dat het nieuwe ritme steeds beter werkt en je kindje er zelf gewend aan raakt.
Benieuwd naar hoe de ritmes eruit zien voor kindjes van 0 tot en met 4 jaar? In onze slaaphandleiding zie je al onze aanbevolen ritmes
